Interview met locatiemanager Opvang Seringenstraat

0
326
Richard Reijnhout

PAPENDRECHT – De verbouwing van het voormalige Groene Kruisgebouw aan de Seringenstraat 16 door het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (kortweg: COA) verloopt sinds eind december goed. Dit betekent dat er vanaf begin april 2023 maximaal 50 alleenstaande, minderjarige vluchtelingen (AMV) in de Papendrechtse wijk Kraaihoek komen wonen.

Een goed moment dus om de locatiemanager van het COA persoonlijk voor te stellen. Hij gaat samen met zijn team onder andere voor de volgende zaken zorgen:
-dat deze jonge vluchtelingen hier straks rustig terecht komen in Papendrecht. En snel wegwijs worden gemaakt in de wijk en in Papendrecht;
-dat ze een gezonde dag-structuur opbouwen en ook leren zelfredzaam te worden;
-dat het COA-team en de jongeren ‘een goeie buur’ zijn voor alle buren, inwoners en ondernemers van de wijk.

Zeven vragen aan Richard Reijnhout, locatiemanager Seringenstraat 16, Papendrecht

Wie ben je?
“Ik ben Richard Reijnhout. Ik ben 54 jaar. Ik heb 2 kinderen en woon in het Westland. In mijn vrije tijd mag ik graag met de hond wandelen, samen zijn met vrienden en familie en mountainbiken in de bossen.”

Wat heb je vóór Papendrecht gedaan?
“Ik ben acht jaar geleden begonnen als casemanager bij het COA. Vervolgens ben ik als jeugdbeschermer aan het werk ben gegaan bij Nidos. Elke alleenstaande minderjarige vluchteling in Nederland krijgt door Nidos een wettelijke voogd toegewezen. Zij begeleiden de jongeren tot ze 18 worden, en voor de wet volwassen zijn. De afgelopen jaren heb ik – in opdracht van Nidos – een aantal noodlocaties in Almere en Utrecht opgestart voor jongeren die extra begeleiding nodig hadden in een kleinschalige opvang.” .

Kun je al iets meer vertellen over de jongeren die hier straks komen wonen in de Seringenstraat?
“Nee, dat weten we op dit moment nog niet. Dat hangt af van hoeveel jongeren zich tussen nu en eind maart in Ter Apel aanmelden. Of al op andere noodopvanglocaties in Nederland verblijven die binnenkort moeten sluiten. Wel kan ik vertellen dat dit meisjes en jongens zijn die ervan dromen om voetballer, arts, journalist of treinmachinist te worden. De één kan goed bowlen, de volgende mooi tekenen of tafelvoetballen, etcetera. Afhankelijk van hoe lang ze al in Nederland zijn, moeten ze nog heel veel leren over Nederland. Naast de Nederlandse taal moeten we ze bijvoorbeeld ook uitleggen dat je hier niet over de vluchtstrook langs de snelweg mag lopen. We gaan ze verder ook leren hoe ze de bus en trein moeten nemen, hoe ze een afspraak met een dokter kunnen maken. En we leren ze koken. Maar de eerste weken zullen ze vooral moeten bijslapen, en aan elkaar moeten wennen.
En ze moeten ons team ook goed leren kennen. En wij hen.”

Waar ben jij allemaal mee bezig tot aan de opening in april?
“De komende weken ben ik bezig met het formeren van een goed COA-team voor de Seringenstraat. Een team van ruim 20 mensen in de rol van woonbegeleiders en medewerkers AMV (specialisten in jeugdwerk), een huismeester en administratieve ondersteuning. Daarnaast zit ik bij het bouw-overleg, leg ik contact met onze buren en andere wijkbewoners, overleg ik met de wijkagent en heb ik regelmatig contact met de gemeente en de wethouder over alles wat erbij komt kijken om te zorgen dat onze jongeren straks een goede dag-structuur op kunnen bouwen en zelfredzaam worden.”

Waar kunnen we je voor aanspreken?
“Ik kan me voorstellen dat het een impact heeft op onze buren en andere wijkbewoners dat er straks 45 – 50 puberende jongens en meisjes in hun wijk komen wonen. Voor ons als COA is het belangrijk dat de straat en de wijk ons als ‘een goeie buur’ gaan ervaren. En andersom willen wij ook dat onze medewerkers en jongeren zich op hun gemak gaan voelen in de wijk. Concreet betekent dit dat wij graag een goede band met de wijkbewoners op willen bouwen, zodat we niet alleen fijne buren zijn, maar zij ook onze ogen en oren vormen in de wijk. Om een voorbeeld te geven: ik wil straks graag snel willen horen als onze pubers kattenkwaad uithalen, of een potje staan te voetballen op een plek waar andere kinderen moeten slapen. Onze jongeren moeten vaak nog veel leren over ‘de mores’ in Nederland; net als andere pubers overzien zij vaak hun eigen acties nog niet goed.”

Hoe kunnen buurtbewoners met jou/jullie in contact komen?
“Ik ga voorafgaande aan de opening mezelf aan een paar directe buren voorstellen. Maar ik kan niet de hele wijk langs. Daarom nodigen wij – vóórdat de jongeren in het pand trekken – alle geïnteresseerden in de hele wijk straks uit voor een rondleiding door ons pand. Tijdens die rondleiding krijgt iedereen die dit wil onze mobiele nummers; en geven mijn team en ik die dag antwoord op alle vragen. De exacte datum voor deze rondleiding kondigen wij samen met de gemeente aan in de Nieuwsupdate van maart. Ook wil ik iedereen in de wijk, die daar interesse in heeft of die zich zorgen maakt, dringend verzoeken om mee te doen aan het omwonendenoverleg, waarover je verderop in deze nieuwsbrief meer leest.”

Wil jij tot slot nog iets zeggen tegen de inwoners van Kraaihoek en Papendrecht?
“Ik wil graag nogmaals benadrukken dat een goede band met alle buren en inwoners van Kraaihoek hoog op ons verlanglijstje staat. We gaan er alles aan doen om zo toegankelijk mogelijk te zijn voor jullie, en jullie vragen en observaties. Wij begrijpen dat jullie nieuwsgierig en soms ook bezorgd zijn over de impact die de opening van deze opvang op jullie wijk heeft. Realiseer je dat het gaat om kwetsbare jongeren die veel hebben meegemaakt, maar dat het ook jongeren zijn met veel talent, en enorm véél veerkracht. Jongens en meisjes die heel blij zijn dat ze hier in alle rust de kans krijgen om hun leven een goede draai te geven. En dat wij er als team alles aan zullen doen om dat in goede banen te leiden.”