REGIO – De provincie Zuid-Holland heeft Chemours een nieuwe last onder dwangsom opgelegd. Als de fabriek opnieuw te veel uitstoot van een bepaalde stof moet ze een boete betalen van maximaal 6,5 miljoen euro, meldt de provincie aan nieuwssite NU.nl. De stof die Chemours te veel heeft uitgestoten is chloordifluormethaan (afgekort: HCFK-22).
Chemours heeft een vergunning om jaarlijks 3.500 kilo HCFK-22 uit te stoten, maar dit jaar gaat het al om 4.500 kilo.
Volgens de provincie heeft HCFK-22 niet direct nadelige gevolgen voor de omgeving. Het RIVM schaart de stof niet onder de zeer zorgwekkende stoffen of potentieel zeer zorgwekkende stoffen. Wel tast HCFK-22 de ozonlaag aan en versterkt de stof het broeikaseffect. Daarom vindt de provincie dat de te hoge uitstoot een ernstige overtreding is.
Als Chemours opnieuw te veel chloordifluormethaan uitstoot, moet ze een dwangsom van 500.000 euro betalen. Gebeurt het daarna nóg een keer, dan volgt een boete van 1,5 miljoen euro. Na een derde overtreding is de dwangsom 4,5 miljoen euro.
Chemours stapt naar de rechter
Chemours is het niet eens met de last onder dwangsom die de provincie heeft opgelegd. Volgens een woordvoerder is er in mei al “transparant” over het voorval gecommuniceerd. Bij de fabriek werd verbaasd gereageerd dat de omgevingsdienst van de provincie een last onder dwangsom wilde opleggen. Chemours heeft daar bezwaar tegen gemaakt, maar de last onder dwangsom werd uiteindelijk toch opgelegd. Daarop stapte Chemours naar de rechter.
De zaak dient dinsdag. De rechter buigt zich dan ook over een last onder dwangsom die de provincie in augustus oplegde aan de fabriek. Zuid-Holland deed dat omdat in het afvalwater van Chemours trifluorazijnzuur was gevonden. Dat is een PFAS-verbinding die door het RIVM als zeer zorgwekkende stof wordt gezien. Chemours heeft geen vergunning om de stof te lozen.
Elke keer dat trifluorazijnzuur toch in het afvalwater wordt aangetroffen, moet Chemours een boete van 125.000 euro betalen. Dat bedrag kan oplopen tot maximaal 1,25 miljoen euro.
Bron: NU.nl