
Door Omroep West & Jesse van Someren
Iedereen in onze regio moet meer geld gaan afdragen voor zijn of haar auto. Vanaf volgend jaar gaat de motorrijtuigbelasting opnieuw omhoog. Dat staat in de begroting van de provincie Zuid-Holland voor volgend jaar die Gedeputeerde Mariëtte van Leeuwen (BBB, Financiën) bekend heeft gemaakt.
De reden dat de belasting stijgt, is omdat het in 2023 al is afgesproken in het coalitieakkoord. Bij elkaar genomen moet het gestegen belastingpercentage 13 miljoen extra opleveren voor de provinciekas, zegt Van Leeuwen.
In totaal krijgt de provincie in 2026 zo’n 469 miljoen euro aan motorrijtuigbelasting binnen, iets minder dan de helft van alle uitgaven van dat jaar. De provincie geeft het komende jaar ruim 1,1 miljard euro uit, het grootste deel daarvan gaat naar bereikbaarheid en de infrastructuur.
“We vinden de stijging van de motorrijtuigbelasting uitlegbaar”, vertelt Gedeputeerde Van Leeuwen. Ze weet dat de Statenleden ieder jaar een punt maken van het ophogen van de belasting.
Ze vindt niet dat de stijging buiten proportie is, ondanks dat de belasting voor auto’s en motoren in Zuid-Holland relatief hoger ligt dan in andere provincies.
Aantal auto’s neemt toe
“De reden dat we méér geld binnen krijgen, komt niet alleen door de verhoging van de opcenten, ook het aantal auto’s in Zuid-Holland neemt fors toe. Maar daarnaast stijgen onze kosten weer door inflatie. Zo bezien, valt het allemaal relatief mee.”
Van Leeuwen wijst erop dat niet alleen wegen en bruggen onderhouden moeten worden. “We hebben ook de vaarwegen, de busconcessies die we hebben. Daar komt ook bij dat we geen rijke provincie zijn.”
Financieel gezond
Afgelopen jaren bleek het moeilijk om de provinciebegroting sluitend te krijgen. Dit jaar is dat ‘wonder boven wonder’ gelukt: het doel vanuit het coalitieakkoord van VVD, CDA, BBB en GroenLinks-PvdA om in 2026 een sluitende begroting te hebben, is behaald.
Volgens Van Leeuwen is dat ‘een mijlpaal’. Het maakt de provincie ‘niet rijk’, maar wel financieel gezond.
Dat komt bijvoorbeeld doordat eerdere rekenfouten binnen de verdeling van het provinciefonds dit jaar zijn opgelost: het levert de provincie 18 miljoen euro op. Ook komen er nog onvoorziene uitkeringen bij de Rijksoverheid vandaan.
De inkomsten van de provincie komen vooral via de motorrijtuigbelasting (bijna 470 miljoen) en het provinciefonds (440 miljoen euro) binnen. Er wordt bovendien méér geld uitgegeven dan vorig jaar: 1,1 miljard euro maar liefst, waarvan het deel dat mist uit de reserves komt.
‘Oogstjaar’
Voor de provincie Zuid-Holland is het komende jaar een ‘oogstjaar’. Zo worden er plannen uitgewerkt voor de veerpont tussen Maassluis en Rozenburg, wordt nog een deel van de subsidie voor WarmtelinQ uitgekeerd – zo’n 40 miljoen euro – en wordt geld vanuit het Rijk ingezet (de Bikker-gelden) om de prijsstijgingen in het openbaar vervoer wat te dempen.
Later dit jaar besluit
En dat is niet het enige. Vlak voor de zomer maakte de Zuid-Hollandse coalitie ook al 120 miljoen uit de algemene vrije reserve vrij, om te investeren in ‘urgente opgaven’ voor de provincie. Eind dit jaar komt het college met voorstellen voor de besteding van dat geld.
Later dit jaar gaan de Statenleden zich buigen over de begroting. In november buigen de verschillende commissies zich erover, op 12 november moet er dan een besluit vallen tijdens de Provinciale Statenvergadering.
Dit betaal je aan motorrijtuigbelasting
De provincie heeft – net als vorig jaar – opgesomd wat de gemiddelde autobezitter in Zuid-Holland volgend jaar kwijt is aan motorrijtuigbelasting per jaar. Dat is als volgt:
Compacte stadsauto (800 kg): 112,66 euro – 3,13 euro méér dan vorig jaar.
Compacte middenklasser (1300 kg): 337,70 euro – 9,39 euro méér dan vorig jaar.
SUV (1800 kg): 581,69 euro – 16,18 euro méér dan vorig jaar.
Dit bericht verscheen eerder bij onze mediapartners Rijnmond en Omroep West.